We wilden dit jaar een keer naar Frankrijk gaan in de zomervakantie, daar waren we nog nooit geweest, tenminste, niet samen. Iets aan Frankrijk heeft ons altijd tegen gestaan, wat dat precies is vinden we lastig te omschrijven. De regio maakte niet echt uit, het liefst een rustige camping zonder al te veel animatie gedoe maar wel met Nederlandse kindjes waar Gijs mee op kon trekken. We waren erg laat met boeken en een van de laatste campings die ons wel aansprak was camping La Grange Fort gelegen in en om een oud kasteel in de Auvergne. De reviews waren niet allemaal even goed dus we wisten niet echt wat we ervan moesten verwachten.
We besloten om al op vrijdag middag het eerste stuk te gaan rijden om zo niet op “zwarte zaterdag” door Parijs heen te moeten. Zonder file reden we tot aan Gien een klein plaatsje ongeveer een uur onder Parijs. We kwamen om elf uur pas aan dus het was meteen slapen.
Ik wordt wel echt minder blij van die franse benzinestations trouwens. Wat een bende is het daar altijd. Ten eerste het niet te volgen ontwerp van de weg er omheen. Bochten, rondjes, rotondes om gek van te worden. En dan zit dat tankstation weer aan de andere kant van de weg of moet je door de peage (tol poortje) heen om er te komen. Daarnaast is het er druk, duur en werken de koffieautomaten niet, ik heb 3x betaald zonder iets te ontvangen. Het onaardige chagrijnige personeel spreekt uiteraard geen woord engels en dan heb ik het nog niet eens gehad over het gore sanitair. Eigenlijk is het wel een mooie metafoor voor hoe ik Frankrijk zie.
De volgende ochtend zaten we om 8 uur alweer in de auto en het was een stuk drukker. Bij Clermont-Ferrand stonden we alsnog even stil maar we waren redelijk bijtijds op de camping. Op een toffe plek vlak naast het kasteel met prachtig uitzicht bliezen we onze nieuwe tent op.
De camping was erg mooi gesitueerd op een heuvel met prachtig uitzicht. Het wordt gerund door Nederlanders en het grootste deel van de bezoekers is ook Nederlands. Op het veldje waar we stonden waren nog een aantal Nederlandse kindjes dus Gijssie had binnen no-time vriendjes. Het zwembad zat op een fraaie plek direct naast het kasteel. De glijbanen waren helaas alleen voor kinderen 😞. Gijs durfde er in eerste instantie niet vanaf maar na wat aandringen ging hij toch. Daarna was hij er niet meer vanaf te krijgen natuurlijk.
Na een relax dagje op de camping besloten we om een dagje naar Clermont-Ferrand te gaan, de hoofdstad van de Auvergne. Wat een suffe stad, er was echt niks aan. We waren er trouwens wel maandagochtend waardoor alle winkeltjes dicht waren dat hielp ook niet echt mee. Gelukkig was de Legowinkel wel open dus Gijssie kon nog wat leuks uitzoeken. Daarna met gierende banden terug naar de camping.
In de avond veranderde het uitzicht over de glooiende mais- en zonnebloemvelden in een prachtig schilderij, Langs de camping liep ook een riviertje, de Allier. Via een smal padje liepen we langs de kantelen van de kasteelmuur de heuvel af naar beneden. De stroming was erg sterk, daar kon je niet tegenop zwemmen, je moest je schrap zetten om niet om te vallen. Het was er heerlijk rustig, een visser die midden in de rivier stond probeerde één van de grote vissen aan de haak te slaan. We speelden wat met de stoming en bouwden dammen met de stenen van de oever. Lekker relaxte warme zomeravond.
De camping was verder erg rustig en relaxed, een trampoline, speeltuintje en een karaoke avond, geen grootse animatie.
We hadden heerlijk weer, het varieerde een beetje van 28 tot 30 graden met af en toe een uitschieter naar 34 graden. Op de warmere dagen vluchtten we eind van de middag vaak even de auto in om een rondje te rijden met de airco aan om zo de omgeving te ontdekken. Zo ontdekten we Plan d’Eau Le Vernet-Chameane op een kwartiertje rijden vanaf de camping. Een meertje met een vlot en andere speeltoestellen. We besloten om daar de volgende dag naartoe te gaan.
Het zou een hete dag gaan worden. We waren vroeg en hadden een mooie plek in de schaduw onder een boom. Op de heenweg hadden we wat lekkere broodjes gescoord bij een bakker in een klein plaatsje waar we doorheen reden. Beetje frisbeëen, zwemmen, vissen vangen, picknicken en van het vlot springen. Prima dagje.
Noortje wilde nog graag naar een marktje. Op internet vonden we dat bij Chambon sur Lac een brocante markt zou zijn. Toen we er aankwamen stonden er wel 5 kramen met niets anders dan troep. Daar rij je dan 40 minuten voor 😅. Gelukkig wilden we het combineren met een bezoek aan Lac Chambon, het meer waar Chambon sur Lac aan grenst, ja echt. We huurden een waterfiets, picknickten op het strandje en het werd toch nog een prima dagje.
Op de heenweg naar dit meer waren we door het plaatsje Murol gereden. Ik legde pas later, toen we op het strandje zaten, de link met Chateau Murol waar we nog heen wilden. Je kon hier door het kasteel lopen en een riddershow bekijken. Helaas weinig actie en erg veel frans gelul dus Gijs vond het wel een beetje saai maar het was oké.
De meeste zonnebloemvelden stonden er een beetje verlept bij, de zonnebloemen worden hier vooral verbouwd voor de olie. Maar op één van de ritjes die we maakten om eind van de middag even af te koelen kwamen we langs een veld die er wel prachtig bij stond. Misschien dat deze zonnebloemen wel als bloemen verkocht werden en niet verwerkt in de olie. De bijen en hommels waren druk in de weer om de nectar uit de bloeiende bloemen te zuigen.
Na weer een dag relaxen op de camping hadden we een kanotocht gereserveerd bij Lavoûte-Chilhac een uurtje ten zuiden van de camping. Deze kanotocht ging ook over de Allier, dezelfde rivier die vlak langs de camping liep alleen dan verder stroomopwaarts. We werden met een shuttlebus nog een kwartiertje verder stroomopwaarts gebracht naar Le Chambon, van daaruit zouden we dan met de kano in circa 2 uur terug naar het startpunt varen.
We hadden een drie persoons kano met Gijs in het midden. Het was erg tof, af en toe was er een stroomversnelling waar je echt wel even keihard moest roeien om goed doorheen te komen, de kano stroomde aardig vol water. De route voerde voornamelijk door bebost gebied, halverwege was een strandje waar we even aanmeerden om te picknicken en te zwemmen. Na ongeveer 3 uur kwamen we weer aan bij het beginpunt, het fraaie dorpje Lavoûte-Chilhac.
Midden in de Auvergne ligt een groot vulkanisch gebied. De Puy de Dôme is een van de hoogste bergen in dit gebied en het startpunt van een mooie wandeling. Voor maadag hadden we kaartjes gekocht voor het treintje die je naar de top brengt. We liepen een rondje bovenop de Puy de Dôme waar je prachtig uitzicht hebt over het vulkanische gebied met de verschillende groen begroeide kraters.
Je kunt verschillende wandelingen doen vanaf de top. Wij besloten om naar de Puy Pariou te lopen, een van de vulkaankraters die je vanaf de top van de Puy de Dôme goed kon zien. Via een aangelegd pad van houten trappen daalden we af naar het beboste gedeelte aan de voet van de Puy de Dôme. Het weer was perfect, zonnig met een fris windje. Het pad vervolgde zich over een paars gekleurde heide. Gijs keek nog eens achterom naar de hoge berg waar we net vanaf waren gedaald. “Heb ik echt dat stuk al gelopen zonder te zeuren?” zei hij verbaasd. 🙂
We maakten een tussenstop bij Grottes de Cliersou waar we even in klommen. Daarna liepen we verder in de richting van de Puy Pariou. Naarmate we dichterbij kwamen werd de berg steeds groter en groter. Via een 507 treden tellende trap bereikten we de rand van de krater, wat een klim.
We besloten om niet weer helemaal terug de Puy de Dome op te lopen om het treintje naar beneden te pakken maar om direct naar de parkeerplaats te lopen. In totaal liepen we 13 km en Gijs heeft bijna alles zelf gelopen, alleen het laatste stukje hebben we m even getild. Erg knap van die badgast. Leuke dag!
In het dorpje bij het zwemmeertje wat we eerder hadden ontdekt zat in een kasteeltje boven op de berg La Maison de l’améthyste (Het huis van de amethyst). Je kon hier een excursie doen naar een groeve waar je zelf amethyst kon hakken. De gids vertelde onderweg alles over het ontstaan van dit mineraal. Uiteraard alles in het frans maar hij deed wel zijn best om het ons in het engels uit te leggen, egt liev. Het hakken was wel erg leuk. s’ Middags kon je er amethyst vijlen en polijsten om er een ketting van te maken.
Tijdens één van de airco ritjes reden we over een brug waaronder een zwemplaats was. Op de laatste dag voor vertrek besloten we om daar nog even te gaan kijken. Het bleek een echte hangplek te zijn voor de locals, blowende jongeren met keiharde muziek aan. Ze sprongen van de brug af en slingerden aan een zelf vast gemaakt touw met een salto het water in. Wel grappig om te zien hoe de Franse jongeren de zomer doorkomen.
Al met al was het wel weer een hele fijne vakantie. Vooral het weer was stukken beter dan voorgaande vakanties in Kroatië en Italië waar we telkens 36 graden hadden en dan ook nog eens weinig schaduw van bomen.