Voor aanvang van onze trip naar Noorwegen werd het nieuws overspoeld met de lange wachtrijen op Schiphol. Door personeelstekort na de corona pandemie kon Schiphol het aantrekkende vliegverkeer niet meer bolwerken waardoor er vele vluchten gecancelled werden en vele mensen hun vlucht miste. Toen we om 6 uur aankwamen op schiphol stond er inderdaad een enorme wachtrij maar deze liep gelukkig vrij soepeltjes door. 2 uur later waren we door de beveiliging heen en toen kregen we het bericht dat de vlucht 2 uur en 25 minuten was vertraagd… 

Iets meer dan 3 uur later dan gepland kwamen we aan op Oslo Gardemoen. We wilden gelijk richting de Nasjonalpark Hardangervidda gaan rijden en daar aan de voet van de Trolltunga kamperen, alleen nog even de backpack van de bagageband oppikken, de huurauto in en gaan dachten we… Er kwamen vele koffers van de bagageband maar toen het digitale bord aangaf “last baggage on belt” en mijn tas er nog niet op lag wisten we dat er een probleem was. De medewerker van de vliegtuigmaatschappij kon achterhalen dat mijn tas in ieder geval vertrokken was vanuit schiphol en dus ergens op het vliegveld moest zijn.

Dit gooide de plannen wel even over de kop, we hadden opeens geen slaapplek meer omdat de tent erin zat. We waren al flink gaar van de lange dag reizen, we boekten een airbnb / hondenhok in Drammen nabij Oslo in de hoop dat dezelfde dag mijn baggage nog gevonden zou worden maar dat bleek tevergeefs. 

Intussen had ik wel contact gehad met de reisverzekering en die zegden toe dat ik voor 250 euro aan kleding mocht kopen en tot 75 euro per dag aan overnachtingen kon declareren tot mijn tas terug zou zijn. We besloten om niet langer te wachten en toch naar de Hardangervidda af te reizen. We boekten een hytter (blokhut) in Eidfjord ten Noorden van de Hardangervidda waar we vlakbij een hike wilde lopen langs vier watervallen. We vertrokken vroeg vanuit Drammen omdat het nog circa 5 uur rijden was. De weg voerde door het prachtige besneeuwde bergplateau van de Hardangervidda. Het was prachtig weer en we kregen weer een beetje hoop op een mooie reis. 

‘s Middags liepen we de hike naar de Søtefossen. Je loopt hier langs drie enorme watervallen naar de vierde meest imposante Søtewaterval. Het is best een pittige hike die je op sommige punten vlak langs de waterval leidt waardoor het opspattende water zorgt voor een op deze warme dag welkome koude douche. Tijdens de tocht hoor je het enorme lawaai van de juist gepasseerde waterval vervagen en wordt het lawaai van de volgende steeds harder, erg gaaf. Na circa 3 uur bereikte we het eindpunt. 

De terugweg was misschien nog wel lastiger dan omhoog. De gladde stenen zorgde her en der voor wat glijpartijen en opgerekte banden. Na een uur of zes kwamen we weer bij de auto aan. We waren beide best wel gesloopt. Gelukkig hoefde we geen kampeerplek meer te zoeken. We reden naar onze hytter in Eidfjord en aten adventurefood. Lekker toch.

De volgende dag beloofde het weer enorm lekker weer te worden. We hadden nog steeds niks gehoord van mijn tas en de vliegtuigmaatschappij was ook niet te bereiken. We besloten om nog een paar nachten bij te boeken in Eidfjord omdat de Trolltunga hike ook redelijk in de buurt was. Nog geen half uur nadat we bij hadden geboekt kreeg ik bericht van de luchtvaartmaatschappij dat mijn tas terecht was en ze konden hem de volgende dag al komen bezorgen. Vanaf Oslo zou hij naar Bergen gevlogen worden en vervolgens per koerier bezorgd worden in Eidfjord. Mooi dat we net onze verblijfplaats vastgelegd hadden. 

We maakten ons op voor de Trolltunga, die wilden we eigenlijk met volle bepakking doen maar aangezien mijn tas er nog niet was maakten we er een dagtocht van. Het beloofde een hete zonnige dag te worden. We waren wel een beetje bang voor deze tocht omdat het volgens recensies een lange heftige tocht zou zijn, helemaal als je de originele tocht vanaf Skjeggedal zou lopen. Je loopt dan eerst 4km omhoog over een geasfalteerde haarspeld weg. 

De parkeerplaats bij Skjeggedal was niet gratis, 500 nok (50 euro) per dag!. Vanaf daar bleek er een shuttlebus te gaan naar de start van de trail, het asfalt gedeelte konden we dus (gelukkig) skippen. De tocht begon redelijk vlak maar al snel kwam het steile stuk van 1,5 km waarin je circa 400m omhoog gaat. Op dat stuk sterf je wel een paar keer maar het stuk erna is glooiend en goed te doen. Het was erg warm en het grootste stuk loop je in de sneeuw, ideaal om zo nu en dan even af te koelen. Een groep Spanjaarden waarmee we tegelijk aan de tocht begonnen liep op sneakers, die moeten wel ijskoude voeten gehad hebben. Een paar honderd meter na de start zagen we één van hen plastic zakjes om zijn voeten doen, zijn sokken waren natuurlijk doorweekt 😅. Anderen hadden zich beter voorbereid, we werden af en toe ingehaald door langlaufers en mensen op sneeuwrackets.

Het is een mooie tocht waar je af en toe uitzicht hebt over het Ringedalsvatnet, het meer waar ook de trolltunga over uitkijkt. Na een uur of 4 lopen kwamen we aan bij de trollentong, wat een supergave locatie. Het was er redelijk druk maar er stond geen urenlange wachtrij zoals sommige reviews op internet vertelden. We konden elkaar op de foto zetten. In de shuttlebus omhoog hadden we twee belgische gasten ontmoet, die kwamen we weer tegen op de top. Zij maakten van ons nog wat foto’s en wij van hen. We aten wat broodjes met het prachtige uitzicht en begonnen daarna aan de terugtocht. Omdat de sneeuw inmiddels een beetje aan het smelten was en omdat het nog steeds knetter heet was was dit ook nog best een pittige tocht. 20 km, 800 hoogtemeters en 8 uur later kwamen we weer aan bij de shuttlebus.

Vaak ben je te bang. 

Mijn tas was onderwijl bezorgd in Eidfjord dus we hadden eindelijk weer een tent en wat schone kleding. We hadden voor 2 nachten bijgeboekt maar we twijfelde of we de volgende dag nog in Eidfjord wilden blijven. Wat we wel zeker wisten is dat we deze dag een beetje rustig aan gingen doen. We reden ‘s ochtends nog naar de Voringsfossen, een vallei waar twee grote watervallen samen komen en besloten daarna om toch richting het zuiden te gaan rijden, richting de Preikestolen (Preekstoel). 

Het weer werd steeds minder naarmate we naar het zuiden afreisden. In deze hoek van Noorwegen regent het gemiddeld zo’n 300 dagen per jaar en ook vandaag was het er niet droog. We kwamen rond een uur of 7 ‘s avonds aan bij de Preikestolen. We hadden ondertussen bedacht om diezelfde avond nog met volle bepakking naar boven te lopen, deze hike is namelijk extreem toeristisch en door vlak onder de top te campen zouden we de massa’s toeristen mooi voor kunnen blijven. Omdat het regende twijfelde we nog wel even maar we besloten toch gewoon te gaan. Na ongeveer anderhalf uur klimmen kwamen we op de plek waar we onze tent op konden zetten. Het was enorm drassig en het viel niet mee om een geschikt plekje te zoeken maar uiteindelijk vonden we wat. 

Om twaalf uur ‘s avonds hoorden we nog wat mensen hun tent opzetten, we waren dus niet de enige twee idioten die zo laat nog omhoog gingen. Om vier uur ‘s nachts hoorden we de eerste groep mensen al naar boven gaan en we besloten om ook niet langer te blijven liggen en ook naar boven te gaan. We lieten de tent staan en liepen het laatste half uur met lichte bepakking. Het was inmiddels droog en het uitzicht was fenomenaal. Wel was er al een hele schoolklas op de top, leuk schoolreisje. Ik maakte wat drone beelden, iets wat ik op de trolltunga niet had gedaan en achteraf een beetje spijt van had. 

Na een uurtje besloten we om terug te gaan naar de tent. Ik was aardig verrot dus besloot nog even te gaan liggen. Om 9 uur werden we wakker met een heerlijk zonnetje. Vanaf de tent zagen we de omhoog lopende toeristenstroom steeds toenemen. We legden onze spullen te drogen en konden de tent droog inpakken, dat is altijd fijn. Onderweg naar beneden was de stroom toeristen gigantisch, we hadden een goede keuze gemaakt door ‘s avonds al te gaan. 

Anderhalf uur later kwamen we beneden aan, we dronken wat in het hikers café en maakte een plan voor de komende dag. We reisden af naar de Kjeragbolten hike, een tocht naar de grote steen die tussen de bergen is blijven steken. Ondanks dat dit hemelsbreed niet ver van de Preikestoelen ligt is het toch nog 3,5 uur reizen. De wegen in Noorwegen in deze regionen zijn maximaal 80 en vaak 60 km/u. Je legt al gauw grote stukken af omdat je om een bergmassief heen moet rijden. 

Via een slingerende weg door het prachtige landschap van Frafjordheiane en via een enorme hoge haarspeldbochtenweg kwamen we aan bij een camping in Lysebotn, het uiterste puntje van de Lysefjord waar ook de Kjeragbolten over uitkijkt. Afgebakend door de enorme hoge fjordwanden waarlangs weer een enorme waterval naar beneden kletterde en met een mooi uitzicht de fjord in zetten we ons tentje op, je waande je hier wel een beetje op het einde van de wereld, wat een toffe plek. ‘s Avonds aten we wat in de pub bij het restaurant dat gerund werd door Spanjaarden. Na een praatje bleek dat de serveerster vlakbij mijn ouders in Spanje woonde. We aten er een goeie hamburger en ik dronk een pilsje van slechts 11 euro, drank is ongehoord duur in Noorwegen. 

We lieten onze tent hier achter en reden de slingerweg terug omhoog naar de start van de Kjeragbolten hike. Dit beloofde weer een pittige hike te worden. De hoogte map die bij de start staat geeft enkele verticale stukken aan, op die stukken moet je jezelf langs stalen kabels omhoog zien te trekken, dat was eigenlijk best goed te doen. We begonnen de tocht in de mist maar na een uurtje lopen en een paar honderd meter klimmen liepen we de wolken uit. Heel de Lysefjord hing vol met wolken, wat een spectaculair uitzicht.

De trail vervolgde zich met nog een aantal steile klimmen en dalen tot we op het vlakkere bergplateau aankwamen. Na nog een uur lopen kwamen we aan bij de ingeklemde steen. Het was best een beetje spannend om erop te klimmen, het is niet een hele grote steen en hij hangt boven een afgrond van honderde meters, je moet via een smal padje dat langs diezelfde afgrond gaat op de steen zien te komen. We hadden er drie uur over gedaan om er te komen dus afhaken was geen optie. 

De volgende dag moesten we nog 8 uur rijden terug naar Oslo… Toen we de huurauto ophaalde stond er 16km op, hij was splinternieuw. Bij het inleveren was dat meer dan 1600 km, behoorlijk wat tijd in de auto doorgebracht dus. Je kan eigenlijk beter op Bergen vliegen als je aan de westkant van Noorwegen wil zijn alleen ging daar geen directe vlucht naar toe, dat loopt altijd via Oslo. De laatste nacht sliepen we in de buurt van het vliegveld in een airbnb in een oud groot huis bij een oude man genaamd Jo. Hij vertelde dat het huis uit 1700 was en dat het er spookte, leuke man die Jo. We sliepen in een kamer met een slot aan de buitenkant van de deur… 

Vaak ben je te bang.