Het viel dit jaar niet mee om een bestemming te vinden. Al geruime tijd hadden we Noorwegen op de planning staan maar die bleef maar in lockdown. IJsland sprong op groen maar alleen voor volledig gevaccineerden. Portugal, Madeira leek een goede keuze maar we vonden het toch iets te riskant om te gaan vliegen. Het werd uiteindelijk de Dolomieten in Noord-Italië, die hadden we al eerder bedacht maar de weerberichten voorspelden niet veel goeds. 

Ook deze trip plannen viel niet echt mee, de verschillende reiswebsites spraken elkaar tegen. PCR test, antigeen test, registratieplicht, speciale mondkapjes, ga zo maar door. Ik had van te voren wat campings in Italië benaderd om te vragen hoe streng de regels waren in dat land en dat leek alles mee te vallen. Een artikel in de Volkskrant sprak over controles en lange files aan de landsgrenzen. Op de routeplanner (Google Maps) was dit echter niet terug te zien. 

We vertrokken zaterdagochtend, we hadden zo vroeg mogelijk een antigeen test geboekt die volgens de ANWB nodig zou zijn om vrij te kunnen reizen en te kunnen overnachten. De antigeen test is een sneltest die we binnen een half uur digitaal zouden krijgen. Direct na de afname van de test begonnen we aan onze trip richting Füssen in Duitsland waar we wilden overnachten. Mijn test kwam binnen, negatief. De test van Albert Jan kwam binnen, ook negatief maar de testuitslag van John kwam niet en we waren inmiddels al in België. Na contact met het testcentrum kwam uiteindelijk de uitslag van John ook binnen, Negatief, we konden onze reis voortzetten. 

Eind van de middag kwamen we aan in Füssen, een plaatsje in Duitsland aan de grens met Oostenrijk waar het beroemde Slot Neuschwanstein zich bevindt. We vonden een camping aan het Bannwald meer en we moesten inderdaad bewijzen dat een negatieve corona testuitslag hadden. Het was best even een gedoe maar nadat alles geregeld was konden we ons tentje opzetten, omdat het bloedheet was sprongen we eerst even in het meer. ‘s Avonds liepen we nog even naar het slot, waar ik mijn drone nog even op liet, wat een prachtig beeld zo van bovenaf. Op de terugweg van het slot naar beneden zag ik pas alle No Drone borden hangen, oeps. Gelukkig was het al wat later en waren er geen toeristen die er last van gehad kunnen hebben, Ik had uiteraard wel even gecheckt of je er überhaupt mocht vliegen van de lucht autoriteit, het was geen officiële no-drone zone. 

Omdat het Europees kampioenschap voetbal gaande was besloten we ergens te gaan eten waar we ook even voetbal konden kijken. Het begon een beetje te regenen en er verscheen een mooie regenboog, erg fraai met de donkere achtergrond en het witte kerkje. We kwamen uit bij een Brauhaus waar een enorm scherm hing. We aten een dikke schnitzel en dronken witbier en met volle ronde buikjes kropen we ons tentje in. 

De volgende ochtend vertrokken we richting Italië. We vreesden een klein beetje voor problemen bij de Italiaanse grens maar we konden overal gewoon door rijden. We hebben de rest van de vakantie nergens meer met corona maatregelen te maken gehad. We reden direct naar Seceda, een van de bekendste hikes van de Dolomieten. Ik was nog nooit in de Dolomieten geweest dus ik wist niet echt wat ik ervan moest verwachten maar wat meteen duidelijk werd is dat het ook wel echt een skigebied is. Je kan de berg op lopen maar er gaan ook overal skiliften omhoog. Daardoor kan het op de berg gewoon druk zijn met toeristen met teenslippers, een hele andere ervaring dan bijvoorbeeld Schotland of Noorwegen. 

Omdat het Nederlands elftal die avond moest spelen besloten we om de heenweg met de skilift af te leggen en vervolgens naar beneden te lopen. De top van de Seceda is echt een hele fraaie iconische plek met de grasgroene berghelling die afgesneden wordt met een diepe afgrond en in de verte de ruige uitstekende bergtoppen. De hike naar beneden viel wel een beetje tegen. We liepen voornamelijk over een pad naar beneden en het was echt een rot eind terug lopen. Er zijn wel leukere afdalingen vanaf de Seceda te maken trouwens, wij hadden niet het goede pad. 

We vonden een camping bij Seiser Alm en konden voetbal kijken op een groot scherm bij een bar bij de skilift aldaar. Dit gedeelte van de Dolomieten is erg Duits georiënteerd, de voertaal is Duits en de dorpjes zijn echt van die typisch Oostenrijkse skidorpjes. We aten een pizza en zagen het Nederlands elftal jammerlijk falen. 

De volgende morgen besloten we naar Tre Cime (Drei Zinnen) te gaan, een andere iconische plek helemaal aan de Oostkant van de Dolomieten. Het was een flink eind rijden en we kwamen pas rond het middaguur aan, het was er niet normaal zo druk en de weg naar de hoogste parkeerplaats bij Tre Cime was ook nog eens afgezet wegens wegwerkzaamheden. Het lager gelegen parkeerterrein wat nog wel toegankelijk was was vol dus ik moest de auto ergens langs de weg parkeren. Ik zag niet dat de berm vrij hoog was en kwam vast te zitten met de bodem van de auto. Gelukkig konden we hem nog net terug de weg op duwen. We parkeerden nog een stuk lager op de berg en besloten omhoog te gaan lopen.

We wilden naar de Tre Cime lopen maar we hielden een verkeerd pad aan waardoor we een andere route liepen. Via deze route zou je uiteindelijk ook bij Tre Cime kunnen komen maar we spraken verschillende mensen die op de weg terug waren die aan gaven dat het pad door sneeuw niet toegankelijk was. Een gozer die het wel geprobeerd had was uitgegleden en had een bebloede knie. Een ander stel dat volledig was uitgerust met zekeringmateriaal gaf ook aan dat het niet te doen was dus we besloten om niet verder te gaan. Toch was het een erg fraaie klim. We besloten om de volgende dag de route over de afgesloten weg omhoog te lopen.

We kampeerden op een camping vlakbij en besloten om de volgende morgen vroeg aan de hike te beginnen. Die ochtend begon met regen en onweer, we ruimde de natte tent snel op en pakte de tas in met hartkeks, een pot nutella en regenkleding. We konden nu gelukkig wel op het parkeerterrein parkeren dat vlak voor de afgesloten weg lag. De klim over de weg was lang en regenachtig. Ik probeerde onderweg nog een lift te regelen door met wat geld te zwaaien naar auto’s die blijkbaar wel toegang hadden tot de weg maar tevergeefs. We hebben er twee uur over gedaan om bij het punt te komen waar de eigenlijke hike rond Tre Cime begon. 

Gelukkig begon het zonnetje door te breken en leek het een mooie dag te worden. We dronken wat bij de Berghut en begonnen aan de hike rond Tre Cime. We liepen tegen de klok in, op het hoogste punt aan de rechterzijde hadden we echt een schitterend uitzicht, de wolken raakten nog net de bovenkant van de 3 pieken, wat een gave plek. 

De hike ging verder met een afdaling van circa 400 meter de vallei achter Tre Cime in. Er lag nog behoorlijk wat sneeuw en we moesten af en toe een stuk door de sneeuw heen klauteren. Het is een prachtig gebied, totaal anders dan het gebed bij de Seceda, In drie uur liepen we rond en toen begon de afdaling over de afgesloten weg weer, tenminste, dat dachten we. Er bleek nog een ander wat uitdagender pad te lopen dat minder geestdodend was. Het was een pittig dagje, ik was gesloopt ‘s avonds maar we reden wel gelijk door naar het stadje Bruneck waar we een camping vonden en in het centrum wat aten en voetbal keken. Mooie dag.

De volgende dag zou het gaan onweren, we besloten om een dagje te chillen in een Terme Best apart om met onweer in een buitenbad te zitten, het leek mij niet helemaal slim maar iedereen bleef gewoon zitten. Het was echt erg dichtbij dus wij besloten er maar even uit te gaan. Na deze relaxdag gingen we op pad naar Trentino waar we wilden gaan raften op de Noce rivier. Onderweg kwamen we nog langs Lago Carezza, een schitterend meer in de bergen. Erg toeristisch maar leuk om even omheen te lopen. We sliepen op een camping aan het Caldaro meer vol met dronken Duitsers. 

Het raften op de Noce was best gaaf, het ziet er op de foto’s wel echt veel heftiger uit dan dat het in werkelijkheid was maar zeker gaaf om eens te doen. 

Voor de volgende dag hadden we nog niet echt iets op de planning. We wilden wat hoger in de bergen zien te komen omdat alle voorgaande hikes niet echt op de hoogste toppen kwamen. Ik vond op internet de hike bij Lagazuoi een gebied waar in de eerste wereldoorlog flink gevochten is tussen italiaanse en oostenrijkse troepen. Op diverse plekken waren door de bergen tunnels en uitkijkpunten uitgehouwen waardoor je naar boven kon lopen, een helm en zaklamp werden daarvoor echter wel aangeraden.

Ook het gebied bij Lagazuoi is een skigebied en er ging dus ook een skilift omhoog maar wij besloten om hem te beklimmen. We liepen over de skipiste omhoog en die was op sommige stukken toch echt wel donker rood misschien wel zwart. We moesten ook nog een flink stuk door de sneeuw omhoog lopen dus het was weer een pittige klim. Bovenop waren een aantal kleine uitkijkpunten uitgehouwen en we keken ook nog even bij de tunnels, wat een werk moet dat geweest zijn om die allemaal uit te houwen. Wel gaaf om hier op een echte ridge te lopen, dat was nog niet eerder gelukt deze trip. 

We wilden het Kaiserjägerpad naar beneden lopen maar we kwamen niet heel ver. Het pad was niet toegankelijk door de sneeuw die er nog lag. Een paar hikers die uitgerust waren met zekering materiaal durfden het ook niet aan. Jammer want het was wel een mooie route. Omdat we die avond weer op weg naar Nederland wilden besloten we om met de skilift naar beneden te gaan. 

Al met al was het wel weer een gave trip maar het haalt het toch niet bij Schotland of Noorwegen. Kamperen op een camping is toch net even wat minder spannend dan in de vrije natuur. En het feit dat je in een skigebied aan het hiken bent waar ook de teenslippertoeristen rondlopen geeft ook wel wat minder voldoening. Het weer daarentegen was wel heerlijk, dat dan weer wel.